De zware bel; Het verhaal achter de traditie

Zware bel

Door Cas Coopmans

14 november 2013: een berichtje op de Orca-site. ‘Bestuur zoekt belhamels’. Hierbij werd vriendelijk doch dringend verzocht aan de beldieven om de zware bel terug te brengen. Die was namelijk kwijt. Of is kwijt, kan beter gezegd worden. Nadat de bel een onlangs weer boven water was gekomen, is ‘ie op mysterieuze wijze weer verdwenen. Dat is natuurlijk heel vervelend – ‘Goede gewoontes zijn er omdat het goede gewoontes zijn’, meldt het bestuur – maar het heeft één voordeel: bel-awareness. Want wat het verdwijnen van de bel pijnlijk duidelijk maakte, is dat veel Orcanen eigenlijk helemaal niet weten wat de zware bel is en waar ‘ie voor staat. De Blikredaxi ging op zoek. Niet naar de bel, maar naar het verhaal erachter.

Lesje Orca-geschiedenis

Startpunt van de zoektocht was Paul Broekhuizen, die in de periode van 1994 tot 2010 meerdere zware mannen heeft gecoacht en ook Sjoerd Hamburger enkele jaren onder zijn hoede heeft gehad. Als blijk van waardering voor deze grote staat van dienst heeft Orca hem de titel erelid gegeven. Paul was erbij toen Zwaar ’94 Orca de zware bel schonk. Hierover gaf hij mij een lesje Orca-geschiedenis.

Vanzelfsprekend verwijst de zware bel naar het zware roeien op Orca. Zwaar roeien is tegenwoordig niet meer weg te denken uit de vereniging, maar dat is wel eens anders geweest: ‘Tussen 1984 en 1994 stelde het zware roeien eigenlijk niet zoveel voor. Er is destijds zelfs een bestuur geweest dat serieus heeft overwogen het zware roeien helemaal af te schaffen. En daar hadden ze eigenlijk ook best een goede reden voor. Kwalitatief en kwantitatief was het namelijk redelijk dramatisch. Alle zware roeiers gingen naar Triton, bovendien was het het lichte roeien dat in die tijd floreerde.’ Een beetje onverwacht stelt Paul mij ineens een wedervraag: ‘Even tussendoor, wat ben jij eigenlijk voor wedstrijdroeier? Licht of zwaar?’ ‘Ehm, ik ben compo-roeier’, antwoord ik. Het is even stil. ‘Oh’, besluit Paul, en hij gaat verder met zijn verhaal.

Zwaar ’94

1994 is voor het zware roeien op Orca een omslagpunt geweest. In dat jaar besloot Paul samen met onder andere zijn huidige vrouw Els Stronk op Orca een wedstrijdploeg te gaan coachen. Net teruggekomen uit Amerika, het land waar alles groot en zwaar is, viel hun keus op zwaar ’94. ‘Eigenlijk kwam deze beslissing uit het niets, zoals dat zo vaak gebeurt op Orca. Orca was en is een vrije vereniging. Als je eigenwijs genoeg was, was er heel veel mogelijk. Zo besloten wij ineens een zware wedstrijdploeg te coachen.’ Dat de zware lichting uit ’94 tegen alle verwachtingen in 3e in het eerstejaars klassement werd, is volgens Paul gedeeltelijk toe te schrijven aan een gelukkige samenloop van omstandigheden. ‘Om een of andere reden was er ineens veel animo op Orca om wedstrijdploegen te gaan coachen. Daarnaast bleek de lichting een sterke. Zo hebben Joeri van Leeuwen en Peter van der Noort de WK gehaald. Twee anderen hebben nog jaren achter de bar gestaan op Orca. Het was gewoon een hele leuke groep, die ook veel binding had met de vereniging.’

Voordat deze resultaten behaald werden, moest het zware roeien zich in 1994 nog wel een beetje op de kaart zetten. ‘Dus besloten wij de vereniging een cadeau te geven. Om ons te profileren als ploeg. Tijdens een van de ledenvergaderingen hebben we aan het bestuur toen die bel cadeau gedaan. Dat konden ze natuurlijk niet weigeren.’ Op de vraag waarom gekozen werd voor een bel, is Paul stellig: ‘Elke kroeg heeft natuurlijk een bel’. En waarom die bel zwaar moet zijn is ook wel duidelijk: ‘We moesten de zware mentaliteit vorm geven. Als wij de vereniging een cadeau geven, dan moet dat cool en ruig zijn. Zo hebben we ook ooit over een f16 motor nagedacht. Wat dat betreft is het echter bij mooie dromen gebleven.’

Naast het vormgeven van het zware imago, had de bel nog een functie. ‘Op deze manier wilden wij ons afzetten tegen de lichten. De beste manier om bonding binnen je ploeg te krijgen, is door een gemeenschappelijke vijand te creëren. Simpele psychologie is dat.’ Als de bel geluid werd, kregen alle zware roeiers een kopje thee (‘geen bier natuurlijk, het waren wel wedstrijdroeiers, hè’), en de lichte roeiers werden uitgesloten van deze traktatie. Overigens sloeg het creëren van die gemeenschappelijke vijand een beetje door, geeft Paul met een knipoog toe. ‘Het was ónze bel. Als een lichte aan de bel zat, ging ‘ie met z’n kop in de plee natuurlijk’.

Een goede gewoonte?

In de afgelopen decennia heeft het zware roeien heel wat aan populariteit gewonnen. Daar heeft de zware bel zeker aan bijgedragen. De zware bel is een gewoonte, een zware gewoonte, een goede gewoonte. Of toch niet? Het idee van kopjes thee voor de zwaren als de bel geluid wordt is leuk, maar misschien is ‘die kop in de plee’-houding van zwaar tegenover licht wat doorgeschoten. Menig Orcaan vraagt zich af of het gedrag dat zware roeiers buiten te boten vertonen niet iets te ver gaat, zeker als het niet in verhouding staat tot hun prestaties op het water.

Misschien moeten we een stapje terug doen. Terug naar de kopjes thee, en dan ook terug naar het harde roeien van toen. Want alleen hij die presteert, mag een grote bek hebben. Kortom, het balletje ligt nu bij zwaar. Als zij presteren, kan deze gewoonte van de zware bel in stand worden gehouden. Dat is eigenlijk ook wat Orca wil. Goede gewoontes zijn er omdat het goede gewoontes zijn. Het zou zonde zijn als die gewoonte helemaal verdwijnt. Want zonder bel missen de zware roeiers toch een stukje van hun identiteit. En dat is zielig.